01 okt Tweestrijd.
‘The human thing’ noemt Jed McKenna het. Slaapwandelend door het leven gaan, alles op jezelf betrekken, proberen te begrijpen en het uiteindelijk met een techniek, methode of formule proberen te beheersen. Het is de ultieme paradox in het hebben van je menselijke ervaring. Enerzijds de betoverende illusie van individualiteit, vrije wil, keuze en verantwoordelijkheid die de weg vrij maakt om een unieke, persoonlijke en menselijke reis te maken. Die illusie is zo echt en zo overtuigend dat zij maar zelden ter discussie wordt gesteld. Anderzijds het grote mysterie dat altijd met je meereist, de eenheid die je nooit verlaat en je keer op keer uitnodigt om herkend en herinnerd te worden. Het is het levensspel van de onnavolgbare magiër die zich vermomt door altijd al alles te zijn; de zoeker, het zoeken en wat gezocht wordt…
En zo is het dat je als mens, zonder dat je het per se doorhebt, altijd tegelijkertijd in deze twee werkelijkheden leeft. De realiteit van mens zijn voelt als echt en waar terwijl dat wat deze ervaring creëert tijdelijk is vergeten. Bekeken vanuit een goddelijk perspectief is het een ontwerpmirakel. Want hoe anders, als je al alles en overal bent, weet en kunt, creëer je voor jezelf de mogelijkheid om te ervaren hoe het is om dat allemaal niet te zijn? Om niet langer te voelen dat je ieder moment de schepper bent van je ‘eigen’ ‘werkelijkheid’, dat je toegang hebt tot oneindig potentieel en niet begrensd bent door tijd en ruimte? Als je dat ziet is het leven adembenemend.
De wetmatigheden van deze twee werkelijkheden creëren tweestrijd in je. In het menszijn heb je te dealen met een complexe mix van factoren die je conditioneren om op een bepaalde manier met het leven om te gaan. Onderdeel van dit ingenieuze plan is dat je lichaam jou de ervaring geeft dat alles wat je via je lijf ervaart je ook daadwerkelijk hebt of bent. Versluierd door de illusie van afgescheiden zijn neem je je binnen- en buitenwereld totaal persoonlijk. Vervolgens gaat de zoeker in jou met deze ervaring aan de haal en probeert het ‘wie, wat, waar, waarom en wanneer’ te achterhalen met de belofte dat wanneer dat wordt gekend er iets aan gedaan kan worden. Het magische en tegelijkertijd tragische van deze dynamiek is dat je de belemmerende conditionering steeds manifester maakt in en om je heen en rondom je ervaringswereld toxische spanning opbouwt.
Deze spanning is de stress in je leven en net als een ontsteking doet je systeem er alles aan om hiervan te ontgiften. Het is de aard van die spanning om te zoeken naar een uitweg en zo sta je onbewust voortdurend op de uitkijk naar iets of iemand die werkelijk beschikbaar voor je is en je kan omarmen in alles wie je nu bent. Tegelijkertijd vormt deze spanning een bedreiging voor je omdat die het risico in zich draagt te worden aangeraakt en je kan triggeren in een oud trauma of heftige reactie. Ook dat is onderdeel van de tweestrijd; het spanningsveld tussen enerzijds willen ontladen, ontspannen en verzachten en anderzijds de ogenschijnlijke noodzaak om datgene te beschermen wat te groot, te pijnlijk en te verdrietig is om in de ogen te kijken.
Maar het leven zou het leven niet zijn als er naast al dit drama niet ook een fenomenale remedie zou zijn om dit lijden te verlichten, letterlijk en figuurlijk. Dichterbij dan dichtbij is er altijd de uitnodiging van compassie om wat er lijkt te gebeuren helemaal te ervaren en te zien voor wat het werkelijk is, zonder het verhaal. Dat is wat compassie kan en uiteindelijk altijd doet, het maakt met meedogenloze zachtheid een eind aan de illusie van het afgescheiden individu met vrije wil, keuze, verantwoordelijkheid en karma. Wat overblijft is wat er altijd al was…life full on, wild, vrij en grenzeloos.
Geen reactie's